‘What are you looking at?’ President Frank Underwood kijkt recht in de camera als hij geërgerd deze woorden afvuurt op zijn publiek. Het publiek van de serie House of Cards welteverstaan, tijdens een aflevering ergens in het derde seizoen van de gelauwerde Netflix-serie. Het is een van de vele keren dat de fictieve Amerikaanse president - gespeeld door de tot voor kort uit Hollywood verbannen acteur Kevin Spacey - de kijker direct aanspreekt. Hij zegt het niet tegen zijn vrouw en first lady Claire (Robin Wright), met wie hij in dezelfde scène nog stond te ruziën. Nee, hij heeft het tegen ons. Waar bemoeien wij ons in godsnaam mee? Wie denken wij wel niet te zijn om zomaar mee te kijken in zijn privéleven?
Het breken van de vierde wand wordt het ook wel genoemd. Een trucje waarbij een personage uit een film zich direct richt tot de kijker. Door iets te zeggen, of door ons simpelweg even aan te kijken.
De inmiddels veelgebruikte verteltechniek bestaat al sinds het begin van cinema, en werd daarvoor ook al veel ingezet in het theater. Het concept van de vierde wand wordt door historici toegeschreven aan de Franse theatercriticus en filosoof Denis Diderot (1713-1784). Hij schreef als een van de eersten over een onzichtbare muur die zich schuilhoudt tussen de acteurs op het podium en de toeschouwers in het publiek. Een muur die de ‘suspension of disbelief’ in stand houdt, zodat je als kijker meegezogen kan worden in een verhaal dat niet echt is, en gemakkelijker gelooft wat je ziet.
Maar soms wordt die wand dus verbroken, zoals in de hierboven beschreven scène in House of Cards. De vraag die Underwood ons stelt is natuurlijk spottend bedoelt, maar tegelijkertijd legt die ook iets bloot over de aard van kijken naar films en series. Want waar kijken we eigenlijk naar? Frank Underwood bestaat niet, de wereld om hem heen is volledig gefabriceerd, en toch leven we moeiteloos met hem mee in de turbulente politieke arena waarin hij zich bevindt.